Dit jonge bosje ligt aan de Hoge donk Beatrixweg in Willebrord. In 2011 werd door de gemeente en het waterschap bepaald dat het aanwezige sparrenbosje moest wijken voor een waterberging. Uit het bodemonderzoek, 10 ha groot, bleek dat de bovenste 30 cm zo sterk was vervuild dat de grond niet mocht worden verplaatst. In de grond bevonden zich hoge concentraties met DDT, Aldrin, Dieldrin en Lindaan.
Deze giftige stoffen werden jaren geleden verboden. De grond raakte vervuild omdat er jarenlang fruit werd geteeld en bespoten. Het sparrenbosje was toen al gekapt. De gemeente en het waterschap moesten op zoek naar een andere plek voor een waterberging, en kwamen bij de Oude vaart terecht. Men groef die verdiept uit en zo ontstond een soort beekdal dat als waterberging dienst ging doen.
Wat jaren later plantte de gemeente op de plek waar het sparrenbosje stond een nieuw bosje met als doel bloemen, vlinders, vogels en andere dieren daar te krijgen. Vogels en vlinders verschenen vrij snel. Veel van deze vlinders leggen hun eitjes op wilde grassen. Ieder jaar maait de gemeente met een klepelmaaier de graszones waar deze eitjes zijn gelegd, hun rupsjes opgroeien en popjes hangen.
Hoezo soortenrijkdom?