Er zijn de afgelopen maand een recordaantal nieuwe molenaars geslaagd voor hun landelijk examen. Die extra molenaars zijn hard nodig. Bij molen de Lelie in Etten-Leur gaat Bob van den Buijs in maart voor zijn laatste examen. Als hij dat haalt dan kan ook hij op de molen meedraaien.
Het is hard nodig dat er nieuwe molenaars bijkomen. “We hebben te maken met vergrijzing, dus het is superbelangrijk dat ook jonge mensen het gaan overnemen om de molens te laten draaien”, legt Peet Wessels uit van Het Gilde van Molenaars. Zelf is ze ook actief bij de molen in Etten-Leur.
Bij de Lelie zijn de meeste vrijwilligers al wat ouder, maar toch hebben ze twee jongens enthousiast weten te maken. Eén van hen komt al sinds zijn vierde levensjaar bij de molen en is net begonnen met de opleiding tot molenaar. “Als er niemand is die de molen laat draaien verloedert het en komt het niet meer goed”, gaat Wessels verder.
Werelderfgoed
Sinds 2017 is het ambacht van molenaar officieel erkend door UNESCO. “Dat betekent dat het op de werelderfgoedlijst staan als immaterieel erfgoed en geeft dus wel aan hoe belangrijk het is om molenaars op te leiden”, vertelt Wessels. Zelf is ze ook bezig met de opleiding tot molenaar. “De molen gedraagt zich in de winter weer anders dan in de zomer. De weersomstandigheden zijn elke keer anders. Geen dag is hetzelfde en dat maakt het toch wel heel leuk en heel uitdagend”, zegt ze enthousiast.
Op de Korenmolen de Lelie wordt er ook daadwerkelijk meel gemalen. “Voor de voedselindustrie zijn we niet interessant, maar je moet wel met de molen werken om hem te behouden en dan is het leuk dat je het meel ook kunt verkopen”, vertelt ze. Het meel gaat bijvoorbeeld naar restaurants in de buurt, maar er komen ook een hoop mensen zelf een zakje meel halen. “Je kunt er ontzettend lekker brood van maken of appeltaart.”
Examen
Molenaar in opleiding Bob van den Buijs gaat in maart op voor zijn landelijk examen. “Het is een mooie machine waarmee je samen met de wind een mooi product kan maken. Super duurzaam, wat wil je nog meer in deze tijd”, vertelt hij bij ZuidWest TV.
Het examen bestaat voor hem straks uit twee delen. “Er is een praktijktest waarbij je de molen moet opzeilen en bepalen waar de wind vandaan komt. Ook moet je kijken hoe hard het waait en wat je dan met de zeilen gaat doen”, begint hij. Of het moeilijk is? “Ik vind het wel meevallen, maar ik snap de techniek en ik heb er wel gevoel voor”, zegt hij.
De opleiding tot molenaar duurt ongeveer twee jaar. Daarbij hoort een aantal keer per week bezig zijn in de praktijk op de molen, maar ook komt er wat leerwerk bij kijken. Die twee samen zorgt voor de juiste kennis om uiteindelijk het certificaat molenaars te kunnen ontvangen.
Van den Buijs heeft nog een aantal weken tot zijn examen en die gaat hij goed gebruiken om nog even goed te leren, zodat hij alles kennis paraat heeft. “Spannend vind ik het niet. Ik denk dat ik het wel ga halen”, sluit hij zelfverzekerd af.